december 3, 2025
IMG-20150510-WA0000
Tijdens Hemelvaartsdag denken we terug aan de dag waarop de Heere Jezus omhoog ging naar de Hemel naar Zijn Vader.

Handelingen 1,

Jezus verschijnt na zijn opstanding

Na zijn lijden en dood liet Jezus zich nog vaak zien aan zijn leerlingen. Veertig dagen lang kwam hij bij hen en sprak over het koninkrijk van God. Hij gaf hen duidelijke bewijzen dat hij echt leefde.

Tijdens een van die ontmoetingen zei hij: “Blijf voorlopig in Jeruzalem. Wacht daar op wat God jullie heeft beloofd. Ik heb jullie daar al eerder over verteld. Johannes doopte met water, maar jullie zullen binnenkort gedoopt worden met de Heilige Geest.”

De vraag over het koninkrijk

Toen ze bij elkaar waren, vroegen de leerlingen: “Heer, gaat u nu het koninkrijk voor Israël herstellen?”

Jezus antwoordde: “Het is niet aan jullie om te weten wanneer dat zal gebeuren. Dat ligt in Gods handen. Maar jullie zullen kracht ontvangen wanneer de Heilige Geest op jullie komt. Dan zullen jullie mijn getuigen zijn – in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, en tot aan het einde van de wereld.”

Jezus gaat naar de hemel

Na deze woorden werd Jezus voor hun ogen omhoog geheven en verdween in een wolk. Terwijl ze hem nakeken, stonden er ineens twee mannen in witte kleren bij hen. Ze zeiden: “Mannen uit Galilea, waarom staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus is naar de hemel gegaan, maar hij zal op dezelfde manier terugkomen als jullie hem hebben zien gaan.”

Terug naar Jeruzalem

De leerlingen gingen terug naar Jeruzalem vanaf de Olijfberg, die vlakbij de stad ligt. Ze kwamen samen in een bovenkamer van een huis. Daar waren onder andere Petrus, Johannes, Jakobus, Andreas, Filippus, Thomas, Bartholomeüs, Matteüs, Jakobus (de zoon van Alfeüs), Simon de Zeloot en Judas (de broer van Jakobus). Ze bleven eensgezind bidden, samen met enkele vrouwen, Maria (de moeder van Jezus), en zijn broers.